(Hans Gijsen 2009 - nu) Een eenvoudige uitleg met plaatjes over de ronding van schaatsen.
Voor een wiskundige benadering is er de pagina Ronding berekend.
Uitgangspunt bij het aanbrengen van de ronding is minimale glijweerstand, optimale stuurbaarheid en efficientie
bij het rechtuit rijden. De gekozen ronding bepaalt ook grotendeels het bochtengedrag.
Met buigen kan later het gedrag in de bocht worden geoptimaliseerd zonder de eigenschappen voor het rechte eind al te veel aan te tasten.
Je ziet hier een schaalmodel 1:100 van een cirkel van 42m.
Het schaalmodel is 42cm hoog. Een klein stukje van 4mm aan de cirkelrand stelt de schaats voor.
In werkelijkheid gaat het om een cirkel van 42m.
Waarvan een schaats een stukje van 40cm aan de buitenrand in beslag neemt.
Een lamp recht boven het model projecteert een schaduw op tafel. Die schaduw laat zien
welke bocht het schaatssegmentje gaat volgen bij verschillende schuine standen van de schijf.
Staat de schijf loodrecht dan is de schaduw een rechte lijn. De schaats gaat rechtdoor.
Houd je de cirkelschijf schuin, dan verandert de lijn in een ellips.
De lange as van de ellips is gelijk aan de diameter van de schijf.
De korte as van de ellips is afhankelijk van hoe schuin je de schijf houdt.
De schaduw recht onder het schaatssegmentje toont de boog die de schaats gaat volgen.
Deze plaatjes illustreren de vergelijking die gegeven wordt op de pagina Ronding berekend.
Pas als de schijf plat op tafel ligt is de cirkelboog die de schaats gaat volgen dezelfde als die van de schijf. De schaduw ook. In werkelijkheid zou de schaats in dit uiterste geval geen grip meer hebben.